dinsdag 17 november 2009

Gendermainstreaming in de internationale mensenrechtenverdragen


Uitwisselingen tussen 'mainstream' mensenrechtenactiviteiten en vrouwenorganisaties zijn belangrijk om vrouwenrechten beter op de kaart te krijgen. Vrouwenorganisaties kunnen inhoudelijke expertise leveren bij het opstellen van schaduwrapportages en eigen standpunten onderbouwen en versterken vanuit een mensenrechtenperspectief. Een gebrek aan kennis (over en weer) en financiële middelen belemmeren deze uitwisselingen. Het Netwerk VN-Vrouwenverdrag probeert zoveel mogelijk een sleutelrol te spelen om deze uitwisselingen (verder) te stimuleren.

Deze droge opsomming bleek uit de levendige discussie tijdens een expert meeting die het Netwerk VN-Vrouwenverdrag afgelopen vrijdag 13 november heeft georganiseerd. Onderwerp: het 'mainstreamen' van vrouwenrechten in de internationale mensenrechtenverdragen, overheidsrapportages, de schaduwrapportages en in de verschillende toezichthoudende Comités. Aanleiding was de promotie van Fleur van Leeuwen, die haar thesis heeft geschreven over "Women's Rights are Human Rights: The practice of the United Nations Human Rights Committee and the Committee on Economic, Social and Cultural Rights" (vanaf december te koop). Aanwezig waren vertegenwoordigers van vrouwenorganisaties, academici en beleidsmedewerkers van zowel overheid als NGO's.

Fleur gaf als 'opwarmer' voor haar verdediging 's middags een heldere uiteenzetting over of en op welke manier in Bupo en Esocul aandacht is voor vrouwenrechten. Haar toetsstenen bij het lezen van overheidsrapportages, 'concluding observations' en andere documenten:
1 Is er aandacht voor schendingen van vrouwenrechten?
2 Vloeien er 'gendersensitieve' verdragsverplichtingen voort uit de aanbevelingen van de Comités?
3 Wordt er een verband gelegd tussen schendingen van vrouwenrechten en discriminatie van vrouwen?
4 Is er sprake van een integrale aanpak van vrouwenrechten binnen de relevante inhoudelijke verdragsbepalingen?
Concluderend stelt Fleur dat van 1, 2 en 4 wel, maar van 3 geen sprake is. Aanbeveling voor de betreffende Comités is dan ook deze link tussen schendingen van vrouwenrechten en discriminatie van vrouwen aan te brengen. Ook volgt een oproep aan NGO's om vooral hun expertise in te brengen via schaduwrapportages van CEDAW, Bupo en Esocul.

Margreet de Boer kon daar inhoudelijk op inspringen met uitleg over de betekenis van schaduwrapportages, namelijk het op de kaart zetten van vrouwenrechten en het uitlokken van inhoudelijk commentaar van de verdragscomités in de vorm van 'concluding observations'.

Vanuit de afdeling Mensenrechten, Goed Bestuur en Humanitaire Hulp van het Ministerie van Buitenlandse Zaken vertelde vervolgens Christien Aben vooral over de internationale rol van Nederland in mensenrechtenverdragen.

Als aftrap voor de discussie vroeg Ineke Boerefijn zich af of het uiteindelijke doel is, het VN-Vrouwenverdrag overbodig maken als in de algemene mensenrechtenverdragen genoeg aandacht is voor vrouwenrechten. Dagvoorzitter Cees Flinterman antwoordde dat het nooit de bedoeling is CEDAW op te heffen, maar dat vrouwenrechten ook in de algemene mensenrechtenverdragen moeten worden opgenomen. Met andere woorden, een tweesporenbeleid.

Het Netwerk VN-Vrouwenverdrag is blij dat vanuit veel en zeer diverse organisaties vertegenwoordigers aanwezig waren, variërend van COC Nederland en Transgender Netwerk Nederland tot UnieKBO en NBvP "Vrouwen van Nu". Dat aandacht voor de diversiteit van vrouwen belangrijk is, blijkt alleen daar al uit. Aanstaande dinsdag 24 november wordt de nieuwste schaduwrapportage gepresenteerd, met daarin ‘munitie’ voor NGO’s en algemene mensenrechtenverdragen...

Linda Mans

Geen opmerkingen:

Een reactie posten