Toen de sessie met de Comité-leden was afgelopen (we hebben ruim een uur met ze gesproken) hadden we eindelijk tijd voor koffie. Daar was het voor die tijd niet van gekomen (wachten op pasjes, zoektocht over het terrein en door de VN-gebouwen). Dus op naar de Serpent-bar, een lobby-achtige ruimte met een magnifiek uitzicht over het meer van Geneve en de achterliggende besneeuwde bergen, naast de grote zaal waar de UPR-sessies plaatsvinden. (UPR = Universal Periodic Review, waarbij de overall-mensenrechtensituatie in een land wordt doorgenomen; zie website)
In de lobby troffen we een aantal collega's van Maria (Justitia et Pax) aan, die drie mensen van minderheidsgroepen in Nigeria ondersteunden bij hun lobby om de positie van de oorspronkelijke bevolking van de Niger-delta onder de aandacht te brengen bij de bespreking van Nigeria, die 's middags zou plaatsvinden.
Bijkletsen, ervaringen uitwisselen.
Nadat we ons eerste blog hadden geschreven, en Maria vooralsnog tevergeefs had geprobeerd contact te krijgen met iemand van de Permanente Vertegenwoordiging van Nederland in Geneve (zij was geïnteresseerd in onze ervaring bij het Comité) diende onze tweede ontmoeting zich aan, in de persoon van Cees Flinterman, het Nederlandse lid van het CEDAW-Comité. Hij maakt geen deel uit van de werkgroep die de voorbereidende sessie houdt met betrekking tot Nederland (en de andere landen die in januari 2010 worden behandeld), maar was in Geneve voor de werkgroep die de individuele klachten die bij het CEDAW-Comité worden ingediend behandelt. En hij verzuchtte dat er wel wat meer klachten mogen komen; het loopt nog niet storm. Bij deze dus de oproep aan vrouwen / groepen die te maken krijgen met discriminatie en geen gehoor vinden bij de nationale rechter: denk eens aan het Vrouwenverdrag!
Verder gaf Cees Flinterman aan dat steeds meer NGOs tijdens de CEDAW-sessies een lunch of een andere side-event organiseren voor het Comité en andere belangstellenden, om zo wat dieper op een aantal thema's te kunnen ingaan (buiten de paar minuten spreektijd tijdens de officiële sessie en de lobby-gesprekken met indiciduele Comité-leden). In Geneve is hiervoor ook volop de gelegenheid, en hij adviseerde ons dan ook om zeker iets te organiseren als de mogelijkheid zich voordoet, volgend jaar.
Ook sprak hij de hoop uit dat er vanuit Nederland veel mensen van NGO-kant aanwezig zouden zijn volgend jaar. Nu het zo dicht bij is, moet dat kunnen toch? (er gaan heel goedkope vluchten naar Geneve; misschien is er wel een in 1 dag op en neer excursie te organiseren???)
Na het gesprek met Cees Flinterman hadden we nog even tijd om onze aantekeningen van het gesprek met het Comité naast elkaar te leggen en de punten voor een inhoudelijk verslag aan het Netwerk VN-Vrouwenverdrag te bespreken. En de medewerkster van de PV te bellen (en te pakken te krijgen): zij zou proberen in de loop van de middag ons even op te zoeken in de bar. Maar voor het zover was, was het tijd voor Maria om haar vliegtuig te gaan halen. Margreet vloog wat later, zodat zij het tweede blog kon typen (nog steeds met dat geweldige uitzicht), en mogelijk de medewerkster van de PV kon spreken.
Die inderdaad even langskwam. Aan haar verslag gedaan van de sessie met het Comité (globaal de inhoud van de twee vorige blogs). En daarbij nog eens aangegeven dat het van groot belang is dat de Nederlandse regering aan het Comité duidelijk maakt hoe de verhoudingen tussen Nederland en Aruba/ de Antillen precies liggen. En ook aangegeven dat de Nederlandse regering wellicht toch iets zou kunnen betekenen in het faciliteren van rapportage en schaduwrapportage vanuit Aruba en de Antillen. Want hoewel de verhoudingen precair zijn: er moet toch iets zitten tussen kolonialistische bemoeizucht en het onverschillig allemaal maar laten gebeuren (of niet gebeuren)?
Margreet de Boer
10 februari 2009
maandag 9 februari 2009
De vragen van de Comitéleden
Nadat we onze presentatie hadden gegeven, was het de beurt aan de aanwezige leden van het CEDAW-Comité om ons vragen te stellen.
De vragen die we kregen gingen over part-time werken; de positie van oudere vrouwen; de positie van slachtoffers (en met name minderjarige- )van mensenhandel; seksuele intimidatie op het werk; de brief van de regering aan het parlement over de status van CEDAW; de politieke/staatsrechtelijke verhouding tussen Nederand, Aruba en de Antillen; gezinshereniging; te aantal dodelijke slachtoffers van huiselijk geweld; de positie van vrouwen die in de huishouding werken. Ten aanzien van het CGB gingen de vragen vooral over de discriminatie van vrouwen wegens zwangerschap of moederschap, en de discriminatie van vrouwen met een hoofddoek.
De Comitéleden bleken vooral meer feitelijke informatie te willen hebben; er werd veel gevraagd om numbers.
We hebben de vragen zo goed als mogelijk beantwoord, waarbij we wel regelmatig het antwoord hebben gegeven dat we de onderwerpen juist genoemd hebben omdat de betreffende informatie ontbreekt; en het ons inziens aan de regering is om deze te leveren. Wel hebben we aangegeven dat we ook als NGO's op de door het Comité genoemde onderwerpen informatie zullen gaan verzamelen. En dan niet zozeer de statistieken en aantallen, maar de concrete problemen waar vrouwen in de praktijk tegenaan lopen, en de activiteiten de NGOs ondernemen om deze zaken aan de orde te stellen, en om vrouwen te ondersteunen. Want hierin bleek het Comité ook erg geïnteresseerd. Zowel ten aanzien van de gezinshereniging als ten aanzien van de positie van huishoudelijke hulpen vroegen ze expliciet naar NGOs die actief zijn om de betreffende vrouwen te ondersteunen. We hebben ze hierover globaal iets verteld, en beloofd dat we hier in de schaduwrapportage expliciet aandacht aan zullen besteden.
Tot slot hebben we geprobeerd de Comité-leden wat meer achtergrondinformatie te geven over de Nederlandse situatie.
Bijvoorbeeld over full-time en parttimme werken. Dat wat de NGOs betreft het vooral moet gaan om economische zelfstandigheid van vrouwen (ook ten opzichte van hun partner), en om een eerlijke verdeling van arbeid en zorg. Maar dat dat niet noodzakelijkerwijs hoeft te betekenen dat vrouwen full-time moeten werken. Een situatie waarin beide partners 4 dagen per week werken is vanuit deze optiek ook heel wel mogelijk.
Bijvoorbeeld over huishoudelijke arbeid. Dat huishoudelijk hulpen in Nederland over het algemeen niet bij hun werkgever in huis wonen, maar bij meerdere huishoudens werken, en vaak zwart. Dat het zwart werken voor een aantal vrouwen de enige optie is, bijvoorbeeld omdat ze illegaal in Nederland zijn. Dat er daarnaast ook Nederlandse vrouwen die als huishoudelijk hulp werken niet altijd 'wit' willen gaan werken, omdat het om extra (gezins)inkomen gaat en ze zwart meer verdienen. Maar dat ook (en misschien wel vooral) de vrouwen die wit en legaal werken als hulp in de huishouding (ook: oppas, thuiszorg) of als au pair er tegenaan lopen dat ze niet de volledige rechtsbescherming genieten die andere werknemers wel hebben.
We hebben het idee dat we de Comitéleden informatie én vragen hebben aangeleverd waar ze wat mee kunnen in hun verdere voorbereiding. Of dat daadwerkelijk het geval is, zullen we zien wanneer het Comité na deze week komt met de list of issues en questions aan de Nederlandse regering.
Maria Lourijsen en Margreet de Boer
9 februari 2009
De vragen die we kregen gingen over part-time werken; de positie van oudere vrouwen; de positie van slachtoffers (en met name minderjarige- )van mensenhandel; seksuele intimidatie op het werk; de brief van de regering aan het parlement over de status van CEDAW; de politieke/staatsrechtelijke verhouding tussen Nederand, Aruba en de Antillen; gezinshereniging; te aantal dodelijke slachtoffers van huiselijk geweld; de positie van vrouwen die in de huishouding werken. Ten aanzien van het CGB gingen de vragen vooral over de discriminatie van vrouwen wegens zwangerschap of moederschap, en de discriminatie van vrouwen met een hoofddoek.
De Comitéleden bleken vooral meer feitelijke informatie te willen hebben; er werd veel gevraagd om numbers.
We hebben de vragen zo goed als mogelijk beantwoord, waarbij we wel regelmatig het antwoord hebben gegeven dat we de onderwerpen juist genoemd hebben omdat de betreffende informatie ontbreekt; en het ons inziens aan de regering is om deze te leveren. Wel hebben we aangegeven dat we ook als NGO's op de door het Comité genoemde onderwerpen informatie zullen gaan verzamelen. En dan niet zozeer de statistieken en aantallen, maar de concrete problemen waar vrouwen in de praktijk tegenaan lopen, en de activiteiten de NGOs ondernemen om deze zaken aan de orde te stellen, en om vrouwen te ondersteunen. Want hierin bleek het Comité ook erg geïnteresseerd. Zowel ten aanzien van de gezinshereniging als ten aanzien van de positie van huishoudelijke hulpen vroegen ze expliciet naar NGOs die actief zijn om de betreffende vrouwen te ondersteunen. We hebben ze hierover globaal iets verteld, en beloofd dat we hier in de schaduwrapportage expliciet aandacht aan zullen besteden.
Tot slot hebben we geprobeerd de Comité-leden wat meer achtergrondinformatie te geven over de Nederlandse situatie.
Bijvoorbeeld over full-time en parttimme werken. Dat wat de NGOs betreft het vooral moet gaan om economische zelfstandigheid van vrouwen (ook ten opzichte van hun partner), en om een eerlijke verdeling van arbeid en zorg. Maar dat dat niet noodzakelijkerwijs hoeft te betekenen dat vrouwen full-time moeten werken. Een situatie waarin beide partners 4 dagen per week werken is vanuit deze optiek ook heel wel mogelijk.
Bijvoorbeeld over huishoudelijke arbeid. Dat huishoudelijk hulpen in Nederland over het algemeen niet bij hun werkgever in huis wonen, maar bij meerdere huishoudens werken, en vaak zwart. Dat het zwart werken voor een aantal vrouwen de enige optie is, bijvoorbeeld omdat ze illegaal in Nederland zijn. Dat er daarnaast ook Nederlandse vrouwen die als huishoudelijk hulp werken niet altijd 'wit' willen gaan werken, omdat het om extra (gezins)inkomen gaat en ze zwart meer verdienen. Maar dat ook (en misschien wel vooral) de vrouwen die wit en legaal werken als hulp in de huishouding (ook: oppas, thuiszorg) of als au pair er tegenaan lopen dat ze niet de volledige rechtsbescherming genieten die andere werknemers wel hebben.
We hebben het idee dat we de Comitéleden informatie én vragen hebben aangeleverd waar ze wat mee kunnen in hun verdere voorbereiding. Of dat daadwerkelijk het geval is, zullen we zien wanneer het Comité na deze week komt met de list of issues en questions aan de Nederlandse regering.
Maria Lourijsen en Margreet de Boer
9 februari 2009
De voorbereidende sessie - verslag uit geneve
Na een korte voorbespreking gisteravond, respectievelijk in een uitgestorven Libanees restaurant waar ze halverwege ons diner de lichten maar alvast uitdeden en de lobby van het hotel, was het vandaag zover: de voorbereidende sessie van het CEDAW-Comité. Een ochtendwandeling door de frisse Zwitserse lucht bracht ons naar het VN-gebouw. Eerst in de rij voor de pasjes; een half uur buiten, en nog een half uur binnen. Vervolgens met onze pasjes (die overigens als expiring-date 6 februari vermelden; we kunnen dus ieder moment het gebouw uitgezet worden) op zoek naar de juiste zaal. Dat viel nog niet mee.
Maar uiteindelijk vonden we zaal XVI: een oude, hele grote vergaderzaal, met daarin op het podium en op de eerste rij een achttal vrouwen: een aantal Comité-leden en het secretariaat. Wij mochten aan de zijkant plaatsnemen, en daarvandaan onze presentaties geven. We waren er allebei als vertegenwoordigers van het Netwerk VN-Vrouwenverdrag. Maria had daarbovenop van de Commissie Gelijke Behandeling het verzoek gekregen om hun rapport te presenteren. We hadden daarom afgesproken dat Margreet de eerste presentatie van de NGO-notes voor haar rekening zou nemen, waarna we samen eventuele vragen zouden kunnen beantwoorden. Op zich werkte deze taakverdeling wel, maar het had wel tot gevolg dat Maria meer als CGB-vertegenwoordiger werd gezien, en Margreet toch vooral de rol van NGO-vertegenwoordiger speelde.
We kregen ruim de tijd om onze presentaties te houden. Eerst Maria voor de CGB, daarna Margreet voor het Netwerk.
We hadden van te voren bedacht dat we in onze presentatie niet de NGO-notes zouden gaan herhalen; we gingen er vanuit dat de Comité-leden deze gelezen hadden, wat ook zo bleek te zijn. We hebben daarom in de presentatie vooral uitgelegd wat het Netwerk is (veel organisaties); dat we begonnen zijn met het proces van de schaduw-rapportage, waarvoor we net als de vorige keer weer informatie van een groot aantal NGO’s en experts willen opnemen; dat er nu dus nog geen schaduwrapportage ligt; dat de NGO-notes geen volledig beeld geven van ons commentaar op de regeringsrapportage; maar dat we hierin specifiek een aantal onderwerpen willen benoemen waarop de regeringsrapportage geen of slechts weinig informatie geeft, terwijl het onderwerpen zijn die voor de positie van vrouwen wel van belang zijn. Ook hebben we iets gezegd over de positie van de Nederlandse Antillen. Dat wij als NGO’s wel contact hebben met een aantal vrouwen op de Antillen, en dat daar wel de wens leeft om een schaduwrapportage te maken, maar dat de middelen zeer beperkt zijn. Er is nauwelijks een vrouwenorganisatie, en al helemaal geen budget. We hebben daarbij aangegeven dat verhoudingen tussen Nederland en de Antillen niet zo zijn dat de Nederlandse regering opdrachten kan geven om een bepaald beleid te voeren, of om een rapportage te maken, maar dat er wellicht wel mogelijkheden zij om een en ander (financieel) te faciliteren; zowel wat betreft de overheidsrapportage, als wat betreft de NGO-schaduwrapportage. Wellicht dat het Comité daarnaar zou kunnen informeren bij de regering? Verder hebben we kort de punten zoals genoemd in de NGO-notes langsgelopen. Waarna de Comité-leden vragen aan ons mochten stelden. Een gelegenheid waarvan ze graag gebruik maakten; daarover meer in het volgende blogje; nu eerst lunch.
Maria Lourijsen / Margreet de Boer
9 februari 2009
Maar uiteindelijk vonden we zaal XVI: een oude, hele grote vergaderzaal, met daarin op het podium en op de eerste rij een achttal vrouwen: een aantal Comité-leden en het secretariaat. Wij mochten aan de zijkant plaatsnemen, en daarvandaan onze presentaties geven. We waren er allebei als vertegenwoordigers van het Netwerk VN-Vrouwenverdrag. Maria had daarbovenop van de Commissie Gelijke Behandeling het verzoek gekregen om hun rapport te presenteren. We hadden daarom afgesproken dat Margreet de eerste presentatie van de NGO-notes voor haar rekening zou nemen, waarna we samen eventuele vragen zouden kunnen beantwoorden. Op zich werkte deze taakverdeling wel, maar het had wel tot gevolg dat Maria meer als CGB-vertegenwoordiger werd gezien, en Margreet toch vooral de rol van NGO-vertegenwoordiger speelde.
We kregen ruim de tijd om onze presentaties te houden. Eerst Maria voor de CGB, daarna Margreet voor het Netwerk.
We hadden van te voren bedacht dat we in onze presentatie niet de NGO-notes zouden gaan herhalen; we gingen er vanuit dat de Comité-leden deze gelezen hadden, wat ook zo bleek te zijn. We hebben daarom in de presentatie vooral uitgelegd wat het Netwerk is (veel organisaties); dat we begonnen zijn met het proces van de schaduw-rapportage, waarvoor we net als de vorige keer weer informatie van een groot aantal NGO’s en experts willen opnemen; dat er nu dus nog geen schaduwrapportage ligt; dat de NGO-notes geen volledig beeld geven van ons commentaar op de regeringsrapportage; maar dat we hierin specifiek een aantal onderwerpen willen benoemen waarop de regeringsrapportage geen of slechts weinig informatie geeft, terwijl het onderwerpen zijn die voor de positie van vrouwen wel van belang zijn. Ook hebben we iets gezegd over de positie van de Nederlandse Antillen. Dat wij als NGO’s wel contact hebben met een aantal vrouwen op de Antillen, en dat daar wel de wens leeft om een schaduwrapportage te maken, maar dat de middelen zeer beperkt zijn. Er is nauwelijks een vrouwenorganisatie, en al helemaal geen budget. We hebben daarbij aangegeven dat verhoudingen tussen Nederland en de Antillen niet zo zijn dat de Nederlandse regering opdrachten kan geven om een bepaald beleid te voeren, of om een rapportage te maken, maar dat er wellicht wel mogelijkheden zij om een en ander (financieel) te faciliteren; zowel wat betreft de overheidsrapportage, als wat betreft de NGO-schaduwrapportage. Wellicht dat het Comité daarnaar zou kunnen informeren bij de regering? Verder hebben we kort de punten zoals genoemd in de NGO-notes langsgelopen. Waarna de Comité-leden vragen aan ons mochten stelden. Een gelegenheid waarvan ze graag gebruik maakten; daarover meer in het volgende blogje; nu eerst lunch.
Maria Lourijsen / Margreet de Boer
9 februari 2009
donderdag 5 februari 2009
Weblog Netwerk VN-Vrouwenverdrag
Het schaduwproces is alweer even geleden begonnen, maar heeft vanaf nu een eigen weblog.
Hier geen uitleg over het VN-Vrouwenverdrag, het Netwerk-VN-Vrouwenverdrag of de regeringsrapportage. Die informatie vind je o.a. op www.vrouwenverdrag.nl en op de website van Aim for human rights.
Dit weblog is bedoeld voor persoonlijke bijdragen van verschillende mensen die meewerken aan de schaduwraportage die het Netwerk VN-Vrouwenverdrag maakt bij de vijfde regeringsrapportage. Impressies van bijeenkomsten, overpeinzingen en verzuchtingen bij het verzamelen van materiaal en het schrijven van input, maar ook, en misschien wel vooral, berichten van de afgevaardigden van het Netwerk bij de sessies van het CEDAW-Comité.
Het CEDAW-Comité (of Vrouwenverdrag-Comité) zal in januari 2010 de vijfde regeringsrapportage van Nederland gaan behandelen. Ter voorbereiding daarvan zal het Comité binnenkort een lijst met vragen en onderwerpen voorleggen aan de Nederlandse regering. Dat doet het Comité naar aanleiding van de voorbereidende sessie, die komende week in Geneve plaatsvindt. Komende zondag reis ik samen met Maria Lourijsen namens het Netwerk naar Geneve, om daar maandag de punten die wij belangrijk vinden om aan de regering te vragen/ voor te leggen onder de aandacht van het Comité te brengen. Deze punten zijn inmiddels schriftelijk aangeleverd, maar de ervaring vier jaar geleden leert dat het zeer zinvol is om een en ander ook in een persoonlijk gesprek toe te lichten. Dat gaan we maandag doen. En we zullen dit weblog gebruiken om verslag te doen.
We verwachten dat vooral degenen die actief zijn in de kerngroep van het Netwerk Schrijf een reactie, of stuur uw teksten en/of foto's per mail naar schaduwrapportage.CEDAW@blogspot.com. Wel graag ondertekenen met je naam.
Margreet de Boer, 5 februari 2009
Hier geen uitleg over het VN-Vrouwenverdrag, het Netwerk-VN-Vrouwenverdrag of de regeringsrapportage. Die informatie vind je o.a. op www.vrouwenverdrag.nl en op de website van Aim for human rights.
Dit weblog is bedoeld voor persoonlijke bijdragen van verschillende mensen die meewerken aan de schaduwraportage die het Netwerk VN-Vrouwenverdrag maakt bij de vijfde regeringsrapportage. Impressies van bijeenkomsten, overpeinzingen en verzuchtingen bij het verzamelen van materiaal en het schrijven van input, maar ook, en misschien wel vooral, berichten van de afgevaardigden van het Netwerk bij de sessies van het CEDAW-Comité.
Het CEDAW-Comité (of Vrouwenverdrag-Comité) zal in januari 2010 de vijfde regeringsrapportage van Nederland gaan behandelen. Ter voorbereiding daarvan zal het Comité binnenkort een lijst met vragen en onderwerpen voorleggen aan de Nederlandse regering. Dat doet het Comité naar aanleiding van de voorbereidende sessie, die komende week in Geneve plaatsvindt. Komende zondag reis ik samen met Maria Lourijsen namens het Netwerk naar Geneve, om daar maandag de punten die wij belangrijk vinden om aan de regering te vragen/ voor te leggen onder de aandacht van het Comité te brengen. Deze punten zijn inmiddels schriftelijk aangeleverd, maar de ervaring vier jaar geleden leert dat het zeer zinvol is om een en ander ook in een persoonlijk gesprek toe te lichten. Dat gaan we maandag doen. En we zullen dit weblog gebruiken om verslag te doen.
We verwachten dat vooral degenen die actief zijn in de kerngroep van het Netwerk Schrijf een reactie, of stuur uw teksten en/of foto's per mail naar schaduwrapportage.CEDAW@blogspot.com. Wel graag ondertekenen met je naam.
Margreet de Boer, 5 februari 2009
Abonneren op:
Posts (Atom)