woensdag 16 november 2016

The devil is in the detail


Minister Bussemaker doorstond het spervuur van vragen van de CEDAW-leden op het eerste gezicht bewonderenswaardig accuraat. Al kreeg de minister (uiteraard) allerlei papieren met antwoorden aangereikt van haar ambtelijke ondersteuners, ze maakte toch beslist de indruk de materie behoorlijk te beheersen. Bovendien straalde ze gedrevenheid en betrokkenheid uit. ‘Passie voor vrouwenrechten’  is wellicht wat overdreven, maar toch ook niet ver bezijden de waarheid. Verschillende NGO/CSO vertegenwoordigers kennen haar nog uit de vrouwenbeweging of vrouwenstudies, jaren geleden. Wat dat betreft is Bussemaker een van de beste emancipatieministers van de afgelopen tien, vijftien jaar. Mijn rapportcijfer zou dan ook beslist hoger zijn dan de NRC haar eerder deze maand toebedeelde.

Op het tweede gezicht
Op die accuratesse valt op het tweede gezicht wel wat af te dingen. Zoals uit verschillende eerdere blogs blijkt, verzuimde de minister op cruciale vragen of onderdelen daarvan antwoord te geven, waardoor het antwoord net niet to the point was of juist in een ander daglicht kwam te staan. Of ze herhaalde simpelweg was al in de regeringsrapportage of in de antwoorden op de List of Issues had gestaan. Dat valt vooral specialisten op de verschillende issues op. Leden van het CEDAW-Comité zijn beslist als specialist te kwalificeren - 23 deskundigen van hoog zedelijk aanzien en uitzonderlijke bekwaamheid op het terrein dat door dit Verdrag wordt bestreken (uit art. 17 VN-Vrouwenverdrag). Bovendien bereiden ze zich goed voor met de schriftelijke inbreng van de regering en laten ze zich graag door andere bronnen informeren – schaduwrapportages, informatie van andere verdragscomité’s, rapporten van regionale kennisinstellingen, zoals EIGE (European Institute for Gender Equality).

Verschil met Tweede Kamer debatten
Daarin zal het verschil liggen met de AO’s (Algemeen Overleg) Emancipatie in de Tweede Kamer, waar de minister zo goed als nooit in de problemen komt als ze op dezelfde wijze als in Genève het woord voert, althans qua inhoud. Ze steekt er met kop en schouders bovenuit. Voor de emancipatiewoordvoerders in de Tweede Kamer is het onderwerp meestal maar een van de vele en meestal niet het belangrijkste. Daarnaast speelt er het politieke spel, de interrupties, voor de politieke buitenstaander gaat het vaak nergens meer over.

Uitgebreide ambtelijke voorbereiding
De ambtenaren hadden de CEDAW-sessie naar eigen zeggen goed voorbereid. Op alle mogelijke vragen waren al te voren antwoorden uitgeschreven. Het heeft er echter alle schijn van dat ze bij de voorbereiding een Tweede Kamer overleg voor ogen hadden, waar vaak niet doorgevraagd wordt als er maar een half antwoord komt, of een voor kenners cruciaal element genegeerd wordt. Bovendien schroomden ze er niet voor vrijwel letterlijk te herhalen wat in de schriftelijke stukken stond. Kortom: een defensieve benadering.

Wandelgangengemopper
Geen wonder dat in de pauze en na afloop ambtenaren klaagden over de mate van gedetailleerdheid van de vragen – waar ze zich overigens op hadden kunnen voorbereiden aan de hand van de schaduwrapportages. Terwijl comitéleden mopperden den over de vaagheid en algemeenheid van de antwoorden. Inderdaad: the devil is in the detail.
Bussemaker was goed begonnen door in haar openingsspeech ruiterlijk te erkennen dat er weliswaar veel bereikt was in ons land, maar dat er ook nog een aantal grote uitdagingen is. Ze noemde als voorbeelden het bestrijden van stereotypen, geweld tegen vrouwen en het tekort aan vrouwen aan de top.

Instapfeminisme
De minister besteedde in haar
openingsspeech relatief veel aandacht aan het essay van Chimamanda Adichie Waarom we allemaal feminist zijn), waarschijnlijk zonder te weten dat het net door Marja Pruis in de Groene Amsterdammer treffend als ‘instapfeminisme’  was gekwalificeerd. De aandacht voor Adiche was ongetwijfeld ingegeven door de recente gepubliceerde Nederlandse vertaling van het essay. Vanuit international perspectief gezien oud nieuws, de oorspronkelijk Engelstalige tekst was al ruim drie jaar oud. Kortom niet iets wat je gepokt en gemazelde CEDAW-leden hoeft uit te leggen. Strategisch gezien niet echt een winner (over een vanuit het Netwerk aangedragen alternatief een ander blog).

Gemiste kansen
De (ghostwriters van de) minister heeft (hebben) zich, met de beste bedoelingen ongetwijfeld, niet erg empatisch getoond. Het Comité hoeft niet overtuigd te worden om feminist te zijn en zit ook niet te wachten op mondelinge recycling van reeds eerder beleden schriftelijke uiteenzettingen. Ze zitten wel te wachten op een volledig en eerlijk antwoord op hun vragen. En op een werkelijke dialoog. Die was er op een aantal momenten, ten dele gevolgd door de toezegging van de minister ‘to take it into consideration’, maar merendeels  was het verdediging en halve antwoorden. Een en ander zal waarschijnlijk weerspiegeld worden in de Concluding Observations van het Comité die op 21 november a.s. gepubliceerd zullen worden – we gaan het zien. Voor de toekomst: waarom het Comité niet gevraagd om ideeën (guidance), wellicht ontleend uit andere landen, voor een succesvolle aanpak van hardnekkige problemen?

Leontine Bijleveld
op persoonlijke titel

Geen opmerkingen:

Een reactie posten